Door je eigen wijk wandelen met de onbevangen blik van een kind dat geen belemmeringen ziet, maar wel kansen voor geluk. Henri van der Vegt mag dat als geograaf graag doen. Waar kan Pijlsweerd mooier, rustiger? Of juist levendiger, avontuurlijker? ‘Pijlsweerd is al zeer de moeite waard, maar als je aandachtig rondloopt, ontdek je dat het soms nog beter kan.’
Datum: 17-10-2019
Tekst: Eddy Steenvoorden
Beeld: Nadine van den Berg
Interactieve kansenkaart brengt geluk in stenige omgeving
Henri van der Vegt, eigenaar van Metroplex Gebiedsontwikkeling, startte met partner Marijke Orthel vorig jaar de stichting Happy City NL. Hij spitst zijn jarenlange kennis als gebiedsontwikkelaar vooral toe op Utrecht en werkt momenteel aan een ‘kansenkaart’ voor Pijlsweerd. ‘Neem bijvoorbeeld speeltuin De Duizendpoot. Die ligt in een nogal stenige omgeving. Met meer groen kun je dat gebiedje al op een eenvoudige manier opfleuren.’
Onmisbare plekken
Hij is ervan overtuigd dat zo’n kleine ingreep invloed heeft op het geluk van bewoners. ‘Absoluut, speeltuinen zijn superbelangrijk voor de stad! Kinderen kunnen er bewegen en spelen, buurtbewoners vinden er ontspanning en ontmoeten er anderen. Het zijn onmisbare plekken die bezoekers meer veerkracht geven.’
Utrecht wil in Nederland graag dé stad van ‘gezond stedelijk leven voor iedereen’ zijn. ‘Geluk en gezondheid hangen nauw samen, denk bijvoorbeeld maar aan het aantal mensen met een burn-out dat onze samenleving jaarlijks miljarden euro’s kost. De gemeente begrijpt goed dat maatschappelijke investeringen belangrijk zijn, maar van mij mag er nóg meer aandacht voor de gezonde stad komen.’
Napoleon
Terug naar Pijlsweerd. Het gesprek vindt plaats op een plantsoenbankje tegenover restaurant Gys, op de hoek van de Bethlehemstraat en de Straatweg. Een fraai, geel hek met daarin namen van Europese steden verwijst naar Napoleon. Henri wijst naar de overkant van de Straatweg waar eenzelfde hek staat. ‘Dat vind ik goed bedacht, door die eenheid ontstaat een aantrekkelijke plek in de wijk die mensen blij maakt. Ik zou zeggen: leg ook een zebrapad aan dat de verbinding nog meer versterkt en ook de veiligheid vergroot, dan wordt het nog meer een pleintje.’
Zijdebalen
Op zijn kansenkaart staan zo’n tachtig plekken die met kleinere of grotere ingrepen het wonen, verblijven en ondernemen in de wijk prettiger kunnen maken. Ander voorbeeld: Zijdebalen, het nieuwbouwproject dat de groeiende aantrekkingskracht van Pijlsweerd illustreert. Prachtige appartementen, maar het pleintje daartussen maakt nog geen levendige, sfeervolle indruk. Voor het horecapaviljoen is inmiddels een exploitant gevonden. ‘Het zou mooi zijn indien daar een ondernemer komt die ook buurtactiviteiten programmeert, misschien samen met sportschool Fit for Free. Dan krijgt het pleintje meer het karakter van een ontmoetingsplek en wordt Zijdebalen minder in zichzelf gekeerd.’
Mooi instrument
Een plek op de kansenkaart dus. Die moet interactief worden, zodat iedereen een bijdrage kan leveren en tips kan geven. Uiteindelijk moet dat leiden tot plannen en uitvoering van de meest kansrijke projecten. Henri beschouwt zijn kansenkaart als mooi instrument voor het sturen van gebiedsontwikkeling. ‘Kleine ingrepen kunnen een vliegwielwerking op gang brengen, zeker wanneer je er meerdere doet. Ik heb die werkwijze ook gebruikt op andere plekken in de stad, onder meer bij de Munt, de Maliebaan en de A12-zone. Je bedenkt niet iets totaal nieuws, maar gebruikt de kwaliteiten die er al zijn als uitgangspunt om – letterlijk – ruimte voor geluk en gezondheid te maken. Een kans is voor mij de verbinding tussen het heden en de toekomst.’
Passend in grote plaatje
Happy City NL draait om particulier initiatief en de stichting nodigt bewoners, ondernemers en organisaties in de wijk dan ook nadrukkelijk uit een rol te spelen. ‘Zij kennen Pijlsweerd het best. Natuurlijk heeft niet iedereen exact dezelfde wensen, maar discussie die resultaten oplevert is alleen maar goed. Ik probeer als gebiedsontwikkelaar te kijken naar mogelijkheden op het niveau van bij wijze van spreken een stoeptegel, maar wil wel steeds de koppeling maken met het grote plaatje: een project moet bijdragen aan een gezonde, gelukkige wijk.’